Eric de haptonoom
Dat ik gestrest ben, is een understatement. Mijn leven lijkt op dit moment een mocktail van werkstress, familieperikelen en woononzekerheid. En niet zo’n lekkere mocktail met een schijfje limoen en een rietje, maar zo eentje die je na één slok doet twijfelen of je ooit nog een slok wilt nemen. En zoals een gezellige dikkerd betaamt, laat ik die stress natuurlijk niet los in een gezonde huilbui of een yogasessie, maar houd ik hem stevig vast. In mijn schouders, in mijn nek en – zo ontdekte ik onlangs – in mijn gaspedaal.
Want oh, mijn road rage is niet normaal. In het verkeer ben ik een soort kruising tussen Max Verstappen en een chagrijnige verkeersregelaar die zijn autoriteit misbruikt. Snijden? Toeteren? Nee dat niet maar wel net een beetje te dicht op de auto voor me als die niet snel genoeg van de linkerbaan af is. Vanuit mijn veilige auto iemand verrot schelden als hij zijn of haar richting niet aangeeft? Ik ben er niet trots op, maar het gebeurt. En omdat ik tegenwoordig probeer mijn emoties niet meer te dempen met eten (want als ik dat wel doe, eindig ik met een pot pindakaas en een lepel op de bank), moest er iets gebeuren. En zo kwam ik terecht bij Eric Elbers, haptonoom.
Nu moet ik erbij zeggen: ik had eerder een ontmoeting met een haptonoom. Harrie de haptonoom. En Harrie was… apart. Bij Harrie voelde ik me niet in contact met mijn lichaam, maar vooral met zijn zweverige gewauwel. Ik weet niet of het aan mij lag of aan Harrie, maar op een gegeven moment zat hij met samengeknepen ogen en een Mona Lisa-glimlach naar me te kijken op een manier die me eerder nerveus dan ontspannen maakte. “Voel je dat?” vroeg hij, terwijl hij met zijn hand boven mijn onderrug zweefde. Ik voelde helemaal niks, of naja… ik voelde vooral dat ik hier zo snel mogelijk weg wilde.
Dus toen ik naar Eric ging, was ik sceptischer. Niet vanwege Eric zelf want daar had ik alleen maar goede verhalen over gehoord. Binnen de haptonomie is Eric Elbers een fenomeen.
Nee ik was sceptisch omdat ik al zoveel manieren heb geprobeerd om van mijn suikerverslaving en de ongezonde emoties die daaronder zitten af te komen.
Maar Eric bleek een verademing. Geen wierook, geen rustgevende klankschalen, geen wazige metaforen over ‘energiebanen’ of ‘aarden als een boom’. Nee, gewoon een nuchter gesprek en een paar subtiele aanrakingen die – en ik weet ook niet precies hoe – iets in mij losmaakten.
“Je lichaam houdt spanning vast als een soort hamster die nootjes opslaat voor de winter,” zei hij. “Alleen, jij bent geen hamster en het is geen winter. Je hoeft die spanning niet te bewaren.”
Dat klonk logisch. Waarom ik dan toch als een gespannen bolletje stress door het leven ging, wist ik ook niet precies. Maar terwijl Eric op subtiele plekken druk uitoefende en me vroeg om op mijn ademhaling te letten, gebeurde er iets vreemds. Ik voelde letterlijk iets uit mijn lijf zakken. Een soort ontspanning die ik al jaren niet meer heb gevoeld.
Het meest schokkende moment kwam echter pas later. Op de terugweg naar huis. Waar ik normaal gesproken met samengeknepen kaken en een hand permanent op de claxon reed, was ik nu opeens… relaxed. Een auto sneed me af? Geen probleem. Iemand voegde veel te laat in? Ach, kan gebeuren. Ik had zelfs geduld bij een stoplicht waar de auto voor me drie seconden te lang bleef staan. Drie hele seconden! Ik was een nieuw mens.
Dus ja, ik ben fan van Eric de haptonoom. Niet alleen omdat hij me van mijn schouder- en nekspanning afhielp, maar vooral omdat hij mijn verkeersagressie met één sessie wist te verminderen.
Mocht je me dus binnenkort op de weg zien en ik glimlach vriendelijk naar je in plaats van je met mijn ogen te fileren: je weet wie je moet bedanken.