Dieetrecepten
Als er één zin is die ik nooit meer wil horen, is het wel: “Ik maak dit recept zelf ook nog minstens één keer per week.” Je kent ze wel, die zinsnede die altijd gepaard gaat met een fel verlichte keuken, een influencer met een vlekloze huid, en een gerecht dat er verdacht ingewikkeld uitziet voor iets dat zogenaamd “simpel en snel” zou moeten zijn.
Het zijn niet de recepten op zich die me op de zenuwen werken. Nee, het is de implicatie dat dit gerecht – een bloemkoolcrustpizza met vegan mozzarella en een handvol zaden die klinken als een Harry Potter-spreuk – dé reden is waarom zij nu zo slank, fit en onmenselijk gelukkig zijn. En alsof dat nog niet genoeg is, komt daar het dreinende refrein: “Ik eet dit zelf ook nog minimaal één keer per week.”
Dat zegt meer over hen dan over mij. Want ik mag hopen dat deze mensen buiten beeld ook gewoon een keer een zak chips opentrekken of ’s nachts staand bij de koelkast een blok kaas eten. Maar nee, dat zien we natuurlijk nooit. Alles wat ze eten is smetteloos en bedachtzaam, en blijkbaar is het maken van een quinoa-salade met 14 ingrediënten gewoon een standaard dinsdagavondactiviteit.
En ja, ik sla zo’n filmpje dan tóch op. Mijn mapje met dieetrecepten, dat inmiddels een soort digitaal kookboek is geworden, groeit dagelijks. Tussen de recepten in staat mijn eigen reflectie: iemand die zeer enthousiast opslaat, maar bedroevend slecht uitvoert. Als ik eerlijk ben, ben ik zelf nog geen drie dagen achter elkaar in staat om überhaupt volgens plan te eten. Maar deze mensen? Die blijven volhouden dat ze élke week weer met een blender, een grillpan, en de ziel van een perfectionist dat ene gerecht maken dat hun leven compleet heeft veranderd.
Het meest bizarre is nog wel hoe onrealistisch deze recepten eigenlijk zijn. Neem bijvoorbeeld een ‘gezonde brownie’. Het recept begint vaak veelbelovend: dadels, amandelmeel, rauwe cacao. Maar tegen de tijd dat ik een halve dag bezig ben geweest om alle ingrediënten te verzamelen – waarvan minstens de helft een tweede hypotheek vereist, ach wie houd ik voor de gek, ik heb helemaal geen eerste hypotheek – heb ik al geen trek meer in een brownie. En als ik dat hele proces wél zou doorlopen, zou het resultaat nog steeds niet lijken op de smeuïge, Instagram-waardige foto’s van de influencer.
Maar goed, dat mapje. Daarin woont een versie van mezelf die wél elke week een bloemkoolpizza maakt en daarna zonder enige schaamte een selfie plaatst met de hashtag #HealthyEating. Die map is mijn hoop. Want ook al open ik het nooit, het geeft me een vreemd soort voldoening om te weten dat het daar is. Een digitaal bewijs van goede intenties.
En misschien is dat uiteindelijk waarom ik deze mensen blijf volgen. Niet omdat ik echt geloof dat ik ooit net zo georganiseerd, slank en vastberaden word als zij, maar omdat ik even mag wegdromen. Want diep vanbinnen weten we allemaal: niemand eet écht wekelijks een bloemkoolpizza. Toch?